Nederlands of Engels?

Omdat mijn onlineshop en website (www.simonprins.com) in het Engels zijn geschreven, lijkt het soms alsof ik alleen Engelstalig werk. Maar niets is minder waar: ik ben geboren en getogen in Nederland, en u kunt mij met al uw vragen gewoon in het Nederlands benaderen. Het gebruik van Engels op mijn website heeft vooral te maken met de internationale wereld waarin ik werk. Veel van de wetenschappers en trainers met wie ik samenwerk wonen en werken in het buitenland, waardoor Engels onze gemeenschappelijke taal is. Bovendien geef ik regelmatig internationale workshops, waar Engels vaak de voertaal is.

Speciaal voor mijn Nederlandse volgers heb ik deze pagina gemaakt, geheel in het Nederlands, met het laatste nieuws, updates en achtergrondinformatie. Mocht er toch iets niet duidelijk zijn, stuur me gerust een mail. Ik probeer altijd zo snel mogelijk te reageren!

Getxent of Nota, wat is het verschil?

Ik krijg vaak vragen over het verschil tussen Getxent en NOTA, en vooral over hoe je NOTA slim kunt inzetten in je training. Tijd om wat dieper in te gaan op beide systemen – en misschien je manier van trainen een beetje op scherp te zetten.

Getxent is een zogenaamd SOAK-materiaal: het neemt geur op en geeft die vervolgens langzaam en constant weer af. Het unieke? Getxent kan een geur gemiddeld zo’n 150 uur vasthouden zonder dat de intensiteit afneemt. En het mooiste is: je werkt altijd met echte geuren, geleverd en geïmpregneerd door specialisten. Geen pseudogeuren die honden op een dwaalspoor zetten, maar de échte targets waarmee ze ook in de praktijk te maken krijgen. Leer meer over Getxent via deze link 

NOTA daarentegen is een totaal ander verhaal. Dit is geen echte geur, maar een universele, wetenschappelijk ontwikkelde trainingsgeur die nergens in de natuurlijke omgeving voorkomt. Dat maakt het een krachtig hulpmiddel. Met NOTA kun je honden extreem precies trainen en kalibreren, volledig wetenschappelijk onderbouwd. Je kunt spelen met verschillende concentraties om het leerproces te sturen, betrouwbaarheid te testen en zelfs de gezondheid van de hond te monitoren. Geen aannames meer, maar objectieve data over wat je hond kan – en waar hij staat.

En dan is er nog iets. In streng beveiligde omgevingen zoals overheidsgebouwen, defensieterreinen en luchthavens mag je geen echte stoffen gebruiken. Maar als honden daar alleen maar ‘droog’ trainen en nooit iets vinden, stort hun motivatie langzaam in. Met NOTA los je dat probleem op: je kunt overal trainen, targets verstoppen waar je maar wilt, en ervoor zorgen dat de hond altijd succeservaringen opdoet. Leer meer over training & calibratie geuren via deze link 

Bovendien is NOTA ideaal om een jonge hond mee op te leiden. Eerst leer je hem zoeken, discrimineren, melden en omgaan met afleidingen. Pas daarna kies je de richting: explosieven, narcotica, wildlife of een andere specialisatie. Je bouwt dus een solide basis zonder al vroeg beperkingen op te leggen.

Heb jij al ervaring met Getxent of NOTA? Hoe gebruik jij ze in je training? En welke uitdagingen kom jij tegen bij het trainen, kalibreren en motiveren van honden? Laat het weten – ik ben benieuwd naar je vragen en ervaringen.

De Direct Odor Imprint methode 

De Direct Odor Imprint-methode (DOI) is een trainingsmethode voor detectiehonden waarbij de hond vanaf het allereerste moment direct wordt gekoppeld aan de echte targetgeur. Er wordt dus geen gebruikgemaakt van tussenstappen, zoals speeltjes, pseudogeuren, voedsel, Kong, tennisbal, etc.

Het principe is simpel: zodra de hond de targetgeur waarneemt, volgt direct een krachtige en positieve bekrachtiging, meestal via voerbeloning of spel. Hierdoor leert de hond vanaf dag één dat juist díe geur extreem waardevol is. Dit zorgt voor:

  • Snellere conditionering van de targetgeur

  • Minder risico op foutieve associaties

  • Hogere motivatie en betrouwbaarheid tijdens het werk

Deze methode wordt vaak gecombineerd met technieken als markertraining of clickertraining, zodat de timing van de beloning perfect is. Het doel is om een sterke, heldere en directe link te leggen tussen geur en beloning, zonder afleiding of verwarring. De lesmethodiek is helder, duidelijke stappen voor zowel de hond als de trainer. Check deze link voor mijn online geur imprint cursus 

Waarom starten met Kong, tennisballen of voedsel in detectietraining meer problemen dan oplossingen creëert

Inleiding

Detectietraining met honden balanceert altijd tussen traditie en wetenschap. Veel trainers vertrouwen nog steeds op methodes die er “goed uitzien” of praktisch lijken, zoals beginnen met een Kong, een tennisbal of voedsel als eerste doelgeur. Deze items worden gebruikt omdat honden ze leuk vinden, en trainers geloven dat koppeling met operationele geuren, explosieven, narcotica, wildlife of elektronica, later een soepele overgang zal creëren. Op het eerste gezicht klinkt dit logisch: de hond leert zoeken, de trainer ziet snelle resultaten, en de motivatie lijkt hoog. Maar wanneer we dieper kijken in de wetenschap, vooral chemie en leertheorie, zien we de scheuren. Deze geïmproviseerde methodes rusten op een wankele basis. Ze negeren één van de belangrijkste variabelen in detectie: dampspanning. Zonder inzicht in dampspanning kunnen trainers de moeilijkheidsgraad van zoekopdrachten, de duidelijkheid van de geur of de overgang van training naar operationele inzet niet beheersen. Dit artikel analyseert kritisch de zwaktes van methodes gebaseerd op Kong, tennisballen of voedsel. Het legt ook de wetenschap van dampspanning uit, met voorbeelden uit explosieven en narcotica om te laten zien waarom sommige geuren “luid” zijn en andere “stil.” Tot slot wordt uitgelegd waarom gestandaardiseerde hulpmiddelen zoals NOTA essentieel zijn voor professionele detectietraining.

De illusie van succes met Kong of tennisballen

Kong-speeltjes en tennisballen zijn populair omdat ze sterke motivatie oproepen. Nieuw rubber of vilt geeft krachtige geuren af. Wanneer ze in een zoekgebied worden gelegd, vinden honden ze snel en krijgen ze een beloning via spel. De sessie lijkt succesvol: de hond is enthousiast, het zoeken gaat snel en de beloning is duidelijk. Maar dit succes is misleidend.

  • Complex geurprofiel: Kong-rubber is geen enkele geur, maar een mix van vluchtige organische stoffen (VOC’s), inclusief zwavelresten, oliën en additieven. Tennisballen voegen vilt, lijmen en synthetische materialen toe.
  • Inconsistentie: Oude Kongs ruiken anders dan nieuwe. Verschillende merken tennisballen geven verschillende chemicaliën af. Oppervlakte en temperatuur veranderen de geursterkte nog meer.
  • Overmatige sterkte: Deze geuren zijn “luid” en vullen de lucht. Honden leren achter sterke geurwolken aan te jagen in plaats van de vaardigheid te ontwikkelen om zwakke, precieze doelgeuren te lokaliseren.
Wat lijkt op training is vaak slechts de hond die de makkelijkste geur in de kamer volgt.

Het probleem met koppeling (pairing)

Pairing is één van de meest gebruikte technieken in detectietraining. Trainers introduceren een sterke geurbron (Kong, tennisbal of voedsel) samen met de doelgeur (bijv. cocaïne, TNT, uitwerpselen van wildlife). Na verloop van tijd wordt de sterke geur verwijderd en blijft alleen de doelgeur over. In theorie klinkt dit effectief, maar in de praktijk heeft het grote gebreken:
  1. Overshadowing (overschaduwing): de sterke geur (Kong, voedsel) overheerst de zwakke geur (bijv. cocaïne). Het brein van de hond codeert Kong, niet cocaïne.
  2. Contextafhankelijk leren: als de hond narcotica altijd ervaart samen met Kong, wordt de geur verbonden aan die context. In de echte wereld, zonder Kong, daalt de zekerheid van de hond.
  3. Mismatch in dampspanning: Kong-geur is sterk en ongecontroleerd. Cocaïne en TNT hebben een extreem lage dampspanning bij kamertemperatuur. De overgang van “luid” naar “stil” is enorm. Honden lijken ongemotiveerd, maar in feite is het de chemie die detectie moeilijk maakt.
  4. Resultaat: honden die goed presteren in de trainingsruimte maar falen in het veld.

Voedselzoeken en de dopamine-box

Voedsel is een andere geïmproviseerde methode. Trainers verstoppen voedsel in de omgeving of gebruiken systemen zoals de dopamine-box of “odor pays.” Hier leert de hond zijn kop in een doos te steken, waarna de trainer voedsel geeft. Later wordt geur toegevoegd aan de doos. Dit lijkt effectief, maar er zijn problemen:
  • Contextafhankelijkheid: de hond leert “geur in doos = voedsel,” niet “geur in omgeving = bron vinden.”
  • Overshadowing: voedselgeur en de verwachting van eten overschaduwen de doelgeur.
  • Gebrek aan controle: geursterkte kan niet worden gekalibreerd. Voedsel is sterk, explosieven en narcotica zijn zwak.
Deze methodes produceren gedrag dat vastzit aan specifieke setups, niet overdraagbare operationele vaardigheden.

Het wetenschappelijke gat

Waarom houden zoveel trainers vast aan deze methodes? Traditie, intuïtie en korte termijn succes. Ze zien enthousiaste honden en geloven dat de methode werkt. Wat ontbreekt is een basis in chemie en gedragswetenschap.

De kernproblemen:
  • Honden detecteren de verkeerde geur (Kong, voedsel).
  • Overshadowing blokkeert het leren van zwakke geuren.
  • Context voorkomt generalisatie.
  • Dampspanning-mismatch creëert irreële verwachtingen.
Resultaat: honden die presteren in training maar falen in echte inzet.

Dampspanning uitgelegd

Dampspanning is de druk die moleculen van een stof uitoefenen wanneer ze ontsnappen in de lucht. Hoge dampspanning betekent veel moleculen in de lucht – een “luid” odor. Lage dampspanning betekent weinig moleculen – een “stille” odor.
Voorbeelden:
  • Cocaïne: ~3.2 × 10⁻⁴ Pa bij 25 °C, zeer lage vluchtigheid, zwakke geur.
  • Heroïne: nog lager, soms vrijwel geurloos.
  • TNT: ~6.0 × 10⁻⁵ Pa bij 25 °C, lage vluchtigheid.
  • RDX: nog lagere dampspanning, moeilijk te detecteren.
  • Ammoniumnitraat: lage vluchtigheid, hygroscopisch, geur verandert met vochtigheid.
Vergelijk dit met Kong: die geeft constant VOC’s af bij veel hogere dampspanning. De kloof is enorm.

Invloed van temperatuur en luchtvochtigheid

Explosieven zoals TNT geven bij warm weer meer geur af, bij kou minder. Narcotica zoals cocaïne en heroïne worden vrijwel geurloos bij lage temperaturen. Honden kunnen dan plotseling moeite krijgen.
Luchtvochtigheid verandert hoe geur zich gedraagt in de lucht. Hoge luchtvochtigheid kan moleculen binden of vasthouden, waardoor de geur zwakker wordt. Ammoniumnitraat absorbeert water, waardoor de geur die de hond bereikt anders wordt. In droge lucht ontsnappen moleculen makkelijker.

Detectie gaat niet alleen over de bron, maar ook over de omgeving

Honden moeten hun doelgeuren leren onder uiteenlopende omstandigheden: warm, koud, vochtig, droog. Alleen dan zijn ze voorbereid op de realiteit.

Waarom NOTA het professionele alternatief is

Professionele training vraagt om erkenning van deze wetenschappelijke realiteit. NOTA maakt dit mogelijk:
  • Gestandaardiseerde doelgeuren.
  • Controle over dampspanning met verdunningen van 100% tot 0.0001.
  • Reproduceerbaarheid en kalibratie.
  • Directe conditionering zonder overshadowing.

Conclusie

Het gebruik van Kong, tennisballen, voedsel en dopamine-box methodes laat zien hoe traditie de wetenschap vaak overschaduwt. Deze technieken creëren honden die scoren in training maar falen in het veld. Explosieven, narcotica, wildlife en elektronica hebben allemaal extreem lage dampspanningen. Alleen door wetenschappelijke controle en gestandaardiseerde hulpmiddelen te gebruiken kunnen we betrouwbare detectiehonden opleiden. NOTA biedt dat pad. Het stelt trainers in staat om geursterkte te controleren, trainingen te reproduceren en honden te conditioneren op de werkelijke chemische realiteit waarmee ze in de praktijk te maken krijgen.